Coq au vin rouge

Coq au vin rouge (4 pers.)

1 hele kip

30 g ongezouten roomboter

100 g ontbijtspek

200 g winterpeen

400 g sjalot

2 tenen knoflook

250 g kastanjechampignon

2 el tarwebloem

400 ml volle rode wijn

380 ml gevogeltefond

1 takje verse tijm

1 gedroogd laurierblaadje

5 g verse platte peterselie

Verdeel de kip met de wildschaar of een scherp mes in 10 stukken (drumsticks, dijen, vleugels, borst- en rugdelen). Bestrooi met peper en zout. Verhit de helft van de boter in de braadpan en bak de kip op middelhoog vuur in 2 delen in 10 min. rondom bruin. Neem uit de pan. Laat 1 el bakvet in de pan achter.

Snijd ondertussen het spek in reepjes. Schil de wortel en snijd in plakjes van 1 cm. Snipper ¼ van de sjalotten en halveer de rest. Snijd de knoflook fijn. Veeg de champignons schoon met keukenpapier en halveer.

Bak het spek, de wortel, gesnipperde sjalot en knoflook 5 min. op laag vuur in het achtergebleven bakvet. Voeg de bloem toe en laat 3 min. garen. Voeg de wijn, fond, tijm, laurier en gehalveerde sjalot toe. Breng aan de kook en leg de stukken kip erin. Laat 1 uur met de deksel op de pan op laag vuur garen. Roer af en toe.

Snijd ondertussen de peterselie grof. Verhit de rest van de boter in een koekenpan en bak de champignons met peper en eventueel zout 5 min. op hoog vuur goudbruin. Voeg de champignons toe aan de kip en laat nog 30 min. zachtjes stoven. Breng op smaak met peper en eventueel zout. Bestrooi met de peterselie.